Brandstede te Holwerd

Ligging Op de zuidwestelijke hoek van de dijk en de Voorstraat stond volgens de kaart van Eekhoff de stins Brandstede (gemeente Dongeradeel).

Tekening van de State door J. Stellingwerf uit 1723

Andere benamingen Barndestee in de gebuirte, Aylva
Ontstaan Deze stins is mogelijk gebouwd/herbouwd in 1421 en ontleende haar naam Barndestee (= verbrand huis of plaats) mogelijk aan de grote brand die Holwerd in dat jaar teisterde en waaraan ook dit huis niet ontkomen lijkt te zijn.
Geschiedenis In de buren van Holwerd lagen enkele huizen die als "stins" worden aangeduid. In hoeverre het om middeleeuwse gebouwen gaat, is onbekend. Wel is duidelijk dat het ten tijde van de vaststelling van het stemcohier in 1640 aanzienlijke huizen waren: er was toen stemrecht aan verbonden.

Volgens de Tegenwoordige Staat zou het 'trotse gebouw' in 1572 bewoond zijn door Ruurd Roorda. De beide ons bekende personen van die naam woonden echter in Hennaard en in Menaldum. Die tak wordt 'Roorda met de baar' genoemd. Wel ligt er in de kerk een zerk voor Reynts Roorda (overl. 1547), de derde echtgenote van Syds van Buwinga die echter van Tzummarum kwam.
Verder weten we dat in 1640 de 'landen van Brandstede' eigendom waren van Hessel Meckema van Aylva. Hij was getrouwd met Elisabeth von Althahn, een Oostenrijkse gravin, en samen met haar had hij een oud huis ten westen van de stins gekocht. In 1635 was hij commandant van Leerort en in 1637 kolonel van een regiment, terwijl hij weer later commandant van Emden was. Volgens de Tegenwoordige Staat, die Hessel ten onrechte 'van Burmania' noemt, zou hij het huis herbouwd hebben met een zware toren. De registratie van verkoop van enkele boerderijen door Hessel kan mogelijk samenhangen met zijn bouwactiviteiten.
Na het overlijden van Hessel erfde zijn dochter Luts de state. Zij was getrouwd met ritmeester Wolf Sigismund von Schratenbach. Als volgende bewoner van de State vinden we baron Hans Willem van Aylva. In 1667 bevocht hij met het Friese vlooteskader voor Chatham de Engelsen. Van dit vlooteskader was hij luitenant-generaal. Hij kreeg de bijnaam 'de ontzaglijke' door zijn moedige optreden in deze strijd (1672). Een portret van hem hangt op het gemeentehuis te Ternaard.

De op één na laatste eigenaar was Willem van Schratenbach. In elk geval was hij in 1700 eigenaar van het huis. Zijn dochter Juliana erfde de State en zij trouwde met Douwe van Unia. Na het overlijden van zijn vrouw liet Douwe in 1735 de state grotendeels afbreken. Aan de hand van een afbeelding van J. Stellingwerf uit 1723 kunnen we ons een beeld vormen, hoe de state er uitgezien heeft. Het was een herenhuis van maar één bouwlaag op hoge kelders en de brede toegangsdeur kon alleen bereikt worden via een dubbele trap met een bordes. Links en rechts van deze deur bevonden zich drie vensters. Op de hoeken van het dak bevonden zich schoorstenen, terwijl zich op het hoge dak een brede dakkapel bevond met twee enkele en een dubbel venster. Deze dakkapel werd bekroond door een fronton met familiewapens en ballen. Op het eerste gezicht lijkt zich op het dak een koepeltorentje te bevinden, maar bij nadere beschouwing blijkt het de bekroning van de (trap)toren achter het huis te zijn die gebouwd werd door Hessel Meckema van Aylva.
Na de sloop van het huis in 1735 bleven nog een aantal resten bewaard, maar rond het midden van de 18e eeuw waren ook deze verdwenen.
Bewoners 1572 Ruurd Roorda
1640 Hessel Meckema van Aylva
Luts Meckema van Aylva
ca 1667 baron Hans Willem van Aylva
1700 Willem van Schratenbach
Juliana van Schratenbach, getrouwd met Douwe van Unia
- 1735 Douwe van Unia
Huidige doeleinden Van de State is niets meer terug te vinden.
Opengesteld n.v.t.
Foto's
Bronnen Tekst: Jan Leemburg
Elward en Karstkarel, Stinsen en States, Adellijk wonen in Friesland, 1992
P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009
Herma M. van den Berg, De monumenten van geschiedenis en kunst, Noordelijk Oostergo, De Dongeradelen
De website hisgis
Afb. 1: Stinsen en States, Adellijk wonen in Friesland, 1992