Donia State

Ligging Deze stins stond ten zuiden van de kerk van Burgwerd, gemeente Wûnseradiel, aan de "jaagvaart" van Bolsward naar Leeuwarden.
Andere benaming Nieuw Ockinga
Ontstaan Wanneer de stins gebouwd werd is onbekend. De oudste vermelding dateert uit 1424.
Geschiedenis De naam Donia komen we voor het eerst tegen in testamenten uit 1424 en 1479. De stins werd toen ook al Nieuw Ockinga genoemd: "By der tzercka tho Borghwerth deer van aldis heet tho Doyngha ende nu haet Nye Ockyngha". (Bij de kerk te Burgwerd die van ouds heet Donia en nu Nieuw Ockinga.)
Wanneer het geslacht Ockinga zich hier vestigde, is niet bekend. De oudste Ockinga van wie nog iets terug te vinden is in Burgwerd, was Lolle. Deze was getrouwd met Bauck en ze kregen een zoon Epe, geboren rond 1376 te Burgwerd. Deze Epe Ockinga trouwde met Trijn Foppinga en kreeg een zoon die hij weer Lolle noemde. Deze Lolle stierf in 1466 en werd in de kerk van Burgwerd begraven.

Tot in het begin van de 18e eeuw blijft de Stins/State in bezit van de familie Van Ockinga. Helaas is uit de archieven niet op te maken, welk familielid nu op Donia of op Ockinga woonde. Er staat steeds alleen vermeld dat ze in Burgwerd woonden.
In 1713 komen we Vrouwe Helena Maria van Ockinga, douairière van wijlen Jan Hendrix de Wolfs, tegen. Ze is woonachtig in Burgwerd. En de laatste Ockinga was Sophia Maria, die in 1730 te Oosterlittens overleed op zeer hoge leeftijd. Zij was rooms-katholiek en werd in het familiegraf te Burgwerd bij fakkellicht bijgezet. Het was voorheen een grote eer om bij fakkellicht te worden begraven (en tevens vrij kostbaar!).

In 1723 is Lucia Emerentia van Burmania, uit Goutum, eigenaresse van Donia State. Zij trad op 22 maart 1722 in het huwelijk met Anthonius Hieronijmos Josephus van Scharrenberg van Houpertinga. Al een jaar later sterft haar man en ze hertrouwd in 1730 met Hendrik Grave van Moens, heer van Ravensberg, van Cronenburg, van Loenen, van Vrijenes, van Sluipwijk, enz. Lucia Emerentia van Burmania is in 1740 overleden en haar echtgenoot besluit in 1752 de State te verkopen. Hij woonde zelf in Amsterdam.
Donia State wordt dan gekocht door Gilles Hessels Mesdag en Riemke Coopmans. Gilles en Riemke waren de eerste burgerlijke bewoners van het buitenhuis en zij waren trots op hun verworven bezit. In hun testament gaven zij te kennen dat de "adellyke zathe" in handen moest blijven van het nageslacht. Het aristocratische verleden van het buitenhuis droeg waarschijnlijk bij aan hun speciale waardering voor dit bezit. De vroegere eigenaren en bewoners van Donia State waren invloedrijke personen en de glans van dit verleden straalde nu op hen af. Zij werden de verpachters van enkele boerderijen in het dorp (o.a. de huidige Doniastate van de familie Dooper en de boerderij aan het Trekpad van de fam. Wiersma) en verkregen het vis- en jachtrecht.

Een ander privilege ging tot hun spijt aan hen voorbij. Enige tijd na de overdracht van de state kwamen Gilles en Riemke tot de ontdekking dat het van oudsher aan Donia State verbonden recht van zwanenjacht buiten de verkoop was gebleven. Tevergeefs probeerden zij door middel van een rechtszaak voor het Hof van Friesland dit privilege alsnog te verkrijgen. Gilles kreeg wel het recht om een grafkelder in te richten in de kerk van Burgwerd en maakte daar ook gebruik van. Hoezeer hij gehecht was aan het aristocratisch vertoon van welstand, blijkt wel uit het feit dat hij een rouwbord liet maken dat na zijn overlijden werd opgehangen aan de wand van de kerk. Zijn begrafenis geschiedde met de nodige statie. De begrafenisstoet ging van zijn huis aan de Grote Dylacker, door de Sint-Janspoort, langs de trekvaart van Bolsward-Leeuwarden naar Burgwerd, waarna de kist drie maal rond de kerk werd gedragen alvorens bijgezet te worden in het familiegraf. In de 19e eeuw werd gekscherend opgemerkt dat de Mesdagen na hun overlijden schipper waren geworden aangezien de kelder veelvuldig onder water stond.
Gilles is overigens de enige die in het familiegraf begraven werd. Door de komst van Napoleon werd Nederland een Replubliek en alle aristocratische onderscheidingstekenen uit het openbare leven verwijderd. Wapens werden van grafstenen verwijderd en ook verdween het rouwbord van Gilles Hessels Mesdag uit de kerk van Burgwerd. Dit statussymbool werd opgeborgen op de zolder van Donia State en ging verloren toen in 1866 het buitenhuis door zijn kleinkinderen werd verkocht.

Gilles en Riemke woonden afwisselend in Bolsward en Burgwerd. Beide hadden al kinderen toen ze met elkaar trouwden en uit deze verbintenis werd nog één zoon geboren: Taco. Taco Msedag groeide op op Donia State en ging na zijn huwelijk met Engeltje Monsma definitief op Donia State wonen. Toch verbleef hij ook nog wel in het huis op de Grote Dylacker in Bolsward, want het echtpaar kreeg 10 kinderen, waarvan de helft in Bolsward geboren werd. Na hun overlijden erven 2 zoons, Gilles en Epke, de State. Zij wonen er afwisselend een halve zomer, terwijl hun broers en zussen geregeld langs kwamen.

Epke Mesdag trouwt in 1826 in Akkrum met Sytske de Groot, onder voorwaarde van zijn schoonvader, dat hij zich in Akkrum zou vestigen. Hij was cichoreifabrikant, en had ook een oliemolen in Heerenveen waar hij iedere zaterdag in zijn rijtuig naar toe reed. In 1844 sterft zijn broer en krijgt hij het volledige eigendom van de State. Als Epke in 1863 sterft, besluit zijn weduwe de State te verkopen. Verschillende kleinkinderen van Taco en Engeltje koesterden in het begin van de 20e eeuw nog goede herinneringen aan dit familiehuis. Tot aan de verkoop in 1863 bleef Donia State het ontmoetingspunt voor de familieleden.

De nieuwe eigenaar wordt Dirk Tammes de Vries voor een bedrag van 6.924 gulden, die waarschijnlijk al voor 1834 pachter was van een zathe te Burgwerd, die in het bezit was van Engeltje Monsma. De Vries hechtte maar weinig waarde aan het buitenhuis, wat algemeen was voor die tijd. Dit komt omdat de grondprijzen erg hoog waren. Twee jaar na de aankoop liet De Vries een deel van de state slopen (waarvoor in 1866 een advertentie in de Leeuwarder Courant geplaatst werd) en in 1869 - 1870 volgde de volledige afbraak.

Op 8 sept. 1869 is er een Boelgoed van Afbraak op Donia State. Na de sloop van de panden werden de grachten gedempt en het hele terrein omgeploegd tot weiland.
De State was omgeven door een gracht en singels met hoge bomen. Binnen de gracht stond verder een tuinmanswoning (annex koetshuis), een tuinhuisje, een schuur en een grote moestuin en boomgaard. Vanaf de weg kreeg men toegang tot de State via een poort.
Hoe Donia State er precies heeft uitgezien is niet bekend. In 1925 liet Sybout Sybouts, een achterkleinzoon van Taco Mesdag een reconstructie-tekening maken van de State door de architect R. de Groot. Deze tekening was gebaseerd op zijn jeugdherinneringen en werd door de andere familieleden als redelijk betrouwbaar gezien. Deze reconstructietekeningen bevinden zich in het prentenkabinet van het Fries Museum.

Aan het begin van de 19e eeuw was het huis zeventien meter breed en twintig meter diep. Via de vooringang kwam men in het portaal terecht waar zich direct een klein kamertje bevond, dat door Taco als kantoor werd gebruikt. Aan de rechterkant was de deur naar de slaapkamer. Verder huisinwaarts was een kleine trap die naar de grote opkamer voerde, de zogenaamde "zaal". Verder was er op de begane grond nog een keuken en onder het huis bevonden zich twee verwulfde kelders, waarvan er een als boterkelder werd gebruikt. Via een trap kwam men in de grote bovenkamer die door Taco en Engeltje als slaapkamer werd gebruikt. Verder was er nog een kleine bovenkamer en een zolder. Vermoedelijk werd het huis alleen in de zomermaanden bewoond, omdat de grote kamers in de winter moeilijk warm te stoken was.
Bewoners familie Ockinga
1713 Vrouwe Helena Maria van Ockinga, weduwe van Jan Hendrix de Wolfs
1723 - 1740 Lucia Emerentia van Burmania, getrouwd met Hendrik Graaf van Moens
1740 - 1752 Hendrik Graaf van Moens, heer van Ravensberg, van Cronenburg, van Loenen, van Vrijenes, van Sluipwijk, enz.
1752 - ca 1787 Gilles Hessels Mesdag en Riemke Coopmans
ca 1787 Taco Mesdag
- 1844 Gilles van Mesdag en Epke Roos van Mesdag
1844 - 1863 Epke Roos van Mesdag
1863 Dirk Tammes de Vries
Huidige doeleinden Op de plaats van deze Stins vindt men nu het kaatsveld en de ijsbaan.
Tegenwoordig herinnert alleen de boerderij van de familie Dooper nog aan de State.
Opengesteld n.v.t.
Foto's
Bronnen Tekst: Website van Burgwerd en Hichtum