Ligging | Deze stins stond bij Hemelum, gemeente Súdwest-Fryslân. |
Ontstaan | Deze stins wordt voor het eerst in 1454 genoemd. |
Geschiedenis | Doniahuis |
Geschiedenis |
In Hemelum bevond zich in de 15e eeuw een stins, die als steunpunt diende van de
Vetkopers. Deze stins was tegenhanger van
De Spycker, die onderdeel was van het klooster
te Hemelum. In die periode worden de Vetkoper families Galama en Donia geneoemd. Wat niet
helemaal duidelijk is of dan steeds naar één en dezelfde stins verwezen wordt. In 1454 komen we een Galama tegen in Hemeleum en in 1458 een Kempo Doenya, stammend uit de familie Donia van Oosterend, die eigenaar was van 'een sterck steenhuis toe Hemelum, an Geesterlandt'. Hij was in 1454 getrouwd met Id Feitedr Galama en het vermoeden bestaat dat hij het Galamahuis van haar geërfd heeft. Kempo behoorde tot de Vetkopers, maar hij verzoende zich met de Schieringers, waardoor zijn schoonfamilie zijn tegenstanders werden, omdat zij nog steeds tot de Vetkopers behoorden. Het gevolg was, dat hij in 1463 doodgeslagen wordt door Gale Galama en diens zoon Ygo. Vervolgens wordt door Gale Galama en Jancke Douwema het huis belegerd, veroverd en verwoest. Daarbij worden de elf soldaten, die het kasteel verdedigd hadden, doodgeslagen. Na 1486 wordt door de familie Galama verschillende keren aanvallen uitgevoerd op de Spycker, dat eigendom was van het klooster van Hemelum, omdat de kloosterlingen partij kozen voor de Schieringers. Uit de bewaarde documenten wordt niet duidelijk of de familie Galama toen een eigen stins bezaten of woonachtig waren op deze (Donia)stins. In 1487 probeerden de familie Galama en met de bewoners van het klooster tot een verzoening te komen. Er werd toen het volgende bepaald: 'elk op zijn eigendom mocht timmeren, waar hij wil, behalve Gala kynden to Hemlem naet to tymmeren'. FRançois Halma liet in 1718 een atlas uitbrengen en op één van die kaarten zien we dat bij Hemelum 'aan de Morra' een torenachtige stins met een stinswier wordt aangegeven. Ook de naam Galama wordt erbij vermeldt. De locatie van deze stins was uiterst geschikt voor het beheersen van de scheepvaart op de Morra, die vanaf Staveren landinwaarts loopt. Door de familie Galama werden meerdere stinsen op strategische punten gebouwd, zoals de Galamastins in Warnzer Noordburen en de Galamadammen. Op de kadastrale kaarten van 1832 en 1851 komen we de naam Galama ook nog tegen, maar daarop wordt geen gebouw meer aangegeven op het terrein. In 1832 is zowel het terrein als de naastgelegen boerderij eigendom van jkvr. Constantia Johanna Rengers. Op de kaart van Eekhoff komt de boerderij nog wel voor, maar de stinswier niet. |
Bewoners | |
Huidige doeleinden | |
Opengesteld | n.v.t. |
Foto's | |
Bronnen |
Tekst: P.N. Noomen P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009 De website hisgis P.N. Nomen: hartelijk dank voor alle informatie en het vele onderzoek!! |