Tadema State te Oostrum

Ligging Tadema State lag in de buurschap Tilburen ten westen van Oostrum, gemeente Dongeradeel.

De boerderij Tadema op het stateterrein in april 2010

Ontstaan Het ontstaan van Tadema stins/state is niet bekend.
Geschiedenis Westelijk van Mellema ligt de als terp beschermde woonplaats Tilbuurt. Aan weerszijden van het terrein, dat op de kadastrale minuutkaart nog bebouwd was en door Eekhoff Heemstra genoemd wordt, ligt een omgracht terrein van een boerderij.

Tadema werd in de 16de eeuw bewoond door een familie die in vrouwelijke lijn van de adellijke eigenaars, de Heemstra's, afstamde. Interessant is dat zich in de eigendoms- en gebruiksrechten op dit goed de gelaagdheid en de samenhang van de Friese plattelandssamenleving manifesteerde: grote hoofdelingen waren verwant met kleine, dezen met eigenerfden, en die op hun beurt met grote pachters.
Berichten uit later tijd maken het waarschijnlijk dat Tadema een stins is geweest.

De naam Tadema komt, indirect, voor het eerst voor in 1511, in de naam van de bewoner. In 1543 is prake van de zaete toe Oestrum over die Tille. Later, bijvoorbeeld in 1679, duikt de naam Tadema weer op; in 1850 heet een nabijgelegen afgesplitste sate naar de oude eigenaars Heemstra.
In 1511 was Tadema een zeer groot bedrijf, ruim 119 pm. Eigenaars waren voor het grootste deel de hoofdelingen Take en Menke Heemstra. Pachter en voor ongeveer 1/5 deel ook eigenaar was Hessel Eyntesz Tadema. In 1543 waren (Take Obbema alias Heemstra's zoon) Syuert Heemstra en (Takes kleinzoon) Johannes Willemsz Heemstra eigenaars; de vermoedelijke pachter Eynte Hesselsz was toen kerkvoogd van Oostrum.
In 1560 kochten Jan Cornelisz. Tadema, getrouwd met Bauck Buyngha uit Driesum,(*1) een kwart van Tadema van haar oom Johannes Willemsz Heemstra. Bauck was namelijk een dochter van Wopcke Taeckes Buyngha en Oedzen Willems Heemstra en via haar moeder dus een oomzegster van Johannes Willemsz Heemstra. Zij woonden niet permanent op Tadema State, want in 1578 stonden ze te Rinsumageest geregistreerd. Daarna schijnen ze toch enkele jaren te Oostrum te hebben gewoond tot ze in 1586 in Dokkum gingen wonen. Jan Cornelisz werd in de personele impositie van 1578 als boer en niet als edelman aangeslagen. Hij en zijn nageslacht noemden zich Tadema. Na de dood van de kinderloos overleden Johannes Heemstra kwam een derde van diens erfenis aan Bauck Buyngha; het aandeel in Tadema van het echtpaar Tadema-Buyngha zal daardoor nog zijn toegenomen. Jan was tussen 1587 en 1591 grietman over Dantumadeel en tevens grietenijontvanger en dijkgraaf. Hij stierf in 1600.(*2)

In 1629 en 1640 was Gercke Sypts, waarschijnlijk door koop, eigenaar en bewoner van Tadema. Ook zijn nageslacht noemde zich Tadama en Tadema.(*3) Het oude Tademaland van 1511 was inmiddels in drie delen uiteen gevallen: SC/FC11, 12 en 3. SC11 (met 50 pm) en SC12 (met de oude huisplaats en 15 pm) waren van Gercke Sypts; de derde sate op Tilburen, SC3 (50 pm) was eigendom van de grietman Douwe Aylva en werd verpacht.
In een koopcontract uit 1679 blijkt dat Tadema een voornaam uiterlijk moet hebben gehad. Daarin is sprake van ... seekere state ende sate landts, Tadema genaemt, gelegen tot Oostrum ... met de huysinge daerop staende, schuyre, poort, singel ende grachten, bomen ende plantagie ... groot nae naem ende faem ses en sestig pondematen ... met de gerechtigheyt van twee stemmen. Verder is bekend dat in de jaren 1780 of '90 een "zeer hogen stins op kelders", die voor het voorhuis stond, is weggebroken. Tegenwoordig rest nog een brede gracht rond het erf.

Over de huisplaatsen van de beide vóór 1640 van Tadema afgesplitste sates bestaat enige onduidelijkheid. In 1718 lagen op Tilburen ten westen van Tadema nog twee bedrijven. Van deze drie huisplaatsen was in 1830 en 1850 de meest westelijke leeg, de middelste heette Heemstra, de oostelijke was Tadema. Tussen Tadema en de vaart was bovendien een kleiner huis gebouwd. Op kaarten van 1927 en 1987 is de westelijke huisplaats weer bebouwd,(*4) maar is de middelste leeg. De koppeling van deze huizen aan de stemmen van 1640 is enigszins problematisch. Volgens de reconstructie via floreen- en stemkohieren is Tadema SC12, de middelste huisplaats (Heemstra) SC3,(*5) terwijl het meest westelijke huis (de huidige Douma state) op grond van FC7 zou liggen.(*6) De ligging van het huis van SC11 is onbekend.

De kadastrale minuutkaart geeft een kop-hals-rompboerderij, die blijkens de pilasters die in de achtergevel stonden omstreeks 1800 gebouwd zal zijn. Na de brand, die in 1964 plaats had, zijn deze onderdelen verwijderd en hebben ze een plaats gevonden in de woonboerderij Donia-sathe te Oosternijkerk.
Het voorhuis was in 1868 als dwarshuis vernieuwd. Bij de nieuwbouw in 1964 door het Meindert Doumaleen is een gevelsteen onthuld met opschrift:
'Foar stúdzje-stipe by 't Douma Lien kaem
waerd Tadema fiks ûnder hannen naem
Forgreate en fornijde op 't alde sté
Kaem der rom plak foar minske en fé'.

(*1) zie ook Rinsma State te Driesum
(*2) Het wapen Tadema is: een halve Frieses adelaar en een linksgewende zwanehals: K. Terpstra, "Tademastate te Oostrum", GJB (1981) 102-108.
(*3) Zij voeren een typisch boerenwapen: Friese halve adelaar, huismerk en klavers: Terpstra, "Tadema", 88-89; Wapenboek Hesman, GJB (1993) 91.
(*4) Met Douma state.
688 Waarschijnlijk onjuist beschouwt Terpstra in "Tademastate te Oostrum", p. 102, Heemstra als SC13.
689 Volgens R. Tolsma, Pleatsen, 76, zou Douma-state echter FC3 zijn.
Bewoners - Take en Menke Heemstra, in 1511 eigenaars van het grootste deel van Tadema. Take's zoon is:
- Syuert Heemstra, met Take Heemstra's kleinzoon Johannes Willemsz Heemstra eigenaar van Tadema in 1543. Een oomzegster van Johannes Willemsz Heemstra is:
- Bauck Buyngha, getrouwd met Jan Cornelisz. Zij kopen rechten in Tadema in 1560
- voor 1629 koopt Gercke Sypts twee van de drie Tadema-sates (SC11 en SC12); de derde (SC3) is in 1640 eigendom van Douwe Aylva.
Huidige doeleinden Op het stateterrein staat een boerderij.
Opengesteld n.v.t.
Foto's Van Tadema State zijn geen oude afbeeldingen bekend.
Bronnen Tekst: Jan Leemburg
P.N. Noomen, De stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners, 2009
Herma M. van den Berg, De monumenten van geschiedenis en kunst, Noordelijk Oostergo, De Dongeradelen
De website hisgis
Foto 1 Jan Leemburg